Voor zijn winkel is Olivier continu op zoek naar interessante kunst, antiek en verzamelwaar. Zijn winkel in de Weverstraat in Den Burg is gevuld met de meest bijzondere objecten, van Copier tot Berlage. Een slagveld op de veiling heeft Olivier er graag voor over.
‘Waarom zou je iedere vijf jaar een Ikeakast kopen als je er ook een kunt kiezen die het al honderd jaar volhoudt?’, vraagt Olivier zich af. Tsja, daar zit wat in. In Oliviers Snuisterijen en Galanterieën vind je absoluut enkel objecten van kwaliteit. ‘Alles moet tip top in staat zijn en dat voor een eerlijke prijs. Bij mij vind je spullen rond de vijftien euro, zoals een zilver ringetje, maar ook een set kandelaren van tweeduizend euro.’
Verzamelaren komen vanuit heel Nederland naar Texel voor een bezoek aan Oliviers winkel. ‘Zo gaat dat in deze wereld, iedereen kent elkaar door veilingen en Facebookgroepen. Ik heb zelfs klanten in Portugal en China. De ene vaste klant komt voor sieraden, de ander voor aardewerk. Zelf verzamel ik al jaren. Van jongs af aan bezoek ik veilingen met m’n moeder. Mijn broer, zus en ik werden gelokt met een bezoekje aan dierentuin Artis, maar brachten dan de hele dag door in een veilinghuis’, lacht hij. ‘Op m’n zeventiende ging ik voor het eerst alleen naar een veiling. Gelukkig kenden ze me daar, omdat ik er al jaren met mijn moeder kwam. Anders moet je toch echt 18 jaar zijn om mee te bieden. Ik gaf er acht- of negenhonderd euro uit en daar begon mijn carrière in de antiekwereld. Mijn moeder zei bij thuiskomst lachend: ik dacht al, het kan niet anders dan dat één van jullie er een tik aan overhoudt.’
Op zijn 21e opende Olivier zijn winkel in de Weverstraat en daarmee is hij de jongste antiquair van Nederland. Het is hard werken, maar hij klaagt niet. ‘Elke dag is anders. Naast het werken en verkopen in de winkel, ben in continu bezig met het zoeken naar bijzondere objecten. De handelaarswereld slaapt nooit. Soms zit ik wel honderd uur in de week op mijn mobiel en laptop om alles in de gaten te houden en mijn kennis te verbreden. Vier keer per jaar ga ik naar meerdere veilingen in Nederland. Alles wat ik dan inkoop, vind je over het hele jaar terug in de winkel.’
Van de bezoekjes aan veilinghuizen leert Olivier veel. ‘Ik houd dingen nauwkeurig in de gaten en let op alles wat me interesseert. Antiek zilver, bijvoorbeeld de miniaturen van Arnoldus van Geffen, zijn prachtig. Hij is de bekendste zilversmid uit Amsterdam in de achttiende eeuw. Je hebt dan toch een stukje erfgoed in je handen. Dan bied ik graag mee, ja. Ik ben een zeikerd wat betreft de kwaliteit. Het moet echt goed zijn, anders koop ik het niet. Uiteindelijk loont dat, want je bouwt vertrouwen op bij je klanten. Er zijn wel honderd zilveren taartschepjes, maar daarvan zijn er twee bijzonder mooi. Die moét ik dan hebben.’
‘Als je iets heel mooi vindt, is dat de beste reden om iets te kopen’, vindt Olivier. ‘Sommige mensen kopen antiek als investering. Maar zo zie ik het niet.. Uiteraard moet je portemonnee het wel toelaten. Wat ik ook mooi vind aan antiek is dat het al een heel leven achter de rug heeft, of al meerdere levens. Via mijn winkel zoek ik een nieuw plekje, waar het object een extra leven tegemoet gaat.’