‘Kwaliteit verloochent zich niet’

Hij is geen supermarktman. Ooit heeft Peter Haker het wel geprobeerd, op een vleesafdeling. Maar dat grootschalige was niks voor hem. Hij is van het ambacht, het echte slagersvak. Niet voor niets staat hij te boek als Vakslager Peter Haker.

 

Peter werkte na het behalen van zijn diploma in Den Hoorn, bij Willem Goënga in de slagerij. Het beviel hem prima, maar door de crisis begin jaren tachtig moest er iemand weg. First in, first out. Peter kon niet blijven. ‘Ik ben gaan werken in de slagerij van Ran in de Kogerstraat. Helaas kon deze kleine slagerij niet op tegen de komst van de supermarkt van Joop Maas, wat nu de Jumbo is.’ Toen de slagerij in de Kogerstraat dicht ging, werkte Peter een tijdje op de vleesafdeling van de toen nieuwe supermarkt. ‘Ik kwam er direct achter dat ik geen supermarktman ben. Ik houd meer van het ambacht, het echte slagersvak. Dat grootschalige hoeft van mij niet.’

Vakwerk

Na twee jaar supermarkt kwam Peter terecht in De Cocksdorp, bij Siep de Boer. ‘Dat was prachtig. Een klein bedrijf waar je alles zelf mocht doen. Precies mijn hobby: lekkere vleesproducten maken. En dan moet het hele plaatje rond zijn: van levend dier tot het stukje vlees dat uiteindelijk bij jou op je bord terecht komt. Dat is nog best complex, omdat er zo’n grote variëteit aan vleesproducten is. Vakwerk noem ik dat.’ Op vrijdagmiddag gingen Peter en Siep de boer op, zoals ze het noemden. ‘Dan gingen we koeien kopen voor de slacht. Daar, op de boerderij, begint het ambacht.’

Kansloos

Bij Siep werkte Peter veertien jaar met veel plezier. ‘Siep wilde ermee stoppen. Bij mij kriebelde altijd al het idee om ooit iets voor mezelf te beginnen.’ Maar het was nog wat te vroeg. Dus ging hij aan de slag in de slachterij van Aad van Heerwaarden. Lachend: ‘Vier jaar later had ik alle moed verzameld. Ik nam ontslag en via via kon ik een plekje krijgen in het verzamelgebouw van Klaas Veenbaas, aan de Stoompoort in Oudeschild. Dat ging nog niet zo makkelijk. De bank vond het een kansloos idee. Veel kleine slagers in Nederland vielen destijds om door de komst van de grote supermarktketens. Maar dan is het zo fijn dat Texel een ander stukkie Nederland is. Ons kent ons, een jongen bij de bank wilde mij wel helpen. Dus met wat extra moeite is het toch gelukt om een lening te krijgen voor mijn eigen bedrijf. En ik heb altijd gezegd: degenen die nu overeind blijven, hebben het straks goed. Als je eerlijk en netjes bent en de kwaliteit is goed, dan komen de klanten vanzelf. Kwaliteit verloochent zich niet.’

Hard werken

Peter wilde geen winkel, hij wilde gewoon aan het werk. Zelf vee kopen, zelf slachten. Op de markt staan vond hij ook leuk, dus kocht hij er een verkoopwagen bij. ‘Ik kreeg wat horecaklanten en na een tijdje begon mijn bedrijf lekker te lopen. Al was dat heel hard werken. Van half zes ’s ochtends tot tien uur ’s avonds.’ Al vanaf de eerste dag staat zijn vrouw José altijd voor Peter klaar. ‘Zij doet de boekhouding. We hebben de taken goed verdeeld.’

Na zeven jaar verruilde Peter zijn slagerij aan de Stoompoort voor een eigen pand aan het nabijgelegen Vliegwiel. ‘Een eigen pand is toch beter, dan heb je later wat te verkopen.’ Het bleek een goede zet. Het werd nog steeds geen echte winkel, maar een open slagerij. ‘Mensen kunnen gewoon binnenlopen als ik aan het werk ben. Dat vinden ze vaak ook mooi. Het is natuurlijk heel anders dan een slager met een vitrine. Een Duitser bestelde eens een lamsbout. Toen moest ik nog een heel lam uit elkaar zagen. Prachtig vond hij dat.’

Zoon Yeffrey

Na twee jaar was het bedrijf zo gegroeid, dat er wel een mannetje bij kon. Zoon Yeffrey was de eerste kandidaat. ‘Ik heb hem even de tijd gegeven om erover na te denken. Na twee maanden was hij eruit. Pa, ik ga ervoor.’ Peter gaf hem vijf jaar om naast het ondernemen alles te doen wat hij leuk vond. Om zich dan na die tijd volledig op het bedrijf te richten. ‘Hij heeft veel van de wereld gezien. Ik wilde niet dat hij later spijt zou krijgen van dingen die hij gemist had. Hij heeft daar echt goed aan gedaan. Nu ligt zijn focus volledig op de slagerij.’

 

Peters eigen passie voor het vak lag altijd bij het ambacht, niet bij het verkopen. Maar gold dat ook voor Yeffrey? ‘Daarom vroeg ik hem een paar jaar terug: Jef, vind je Skil wel leuk genoeg? Of zou je graag een winkel erbij willen? Het is tenslotte jouw toekomst. Inderdaad miste hij het klantencontact wel. Praatje hier, praatje daar.’ Vader en zoon besloten dat als er iets op hun pad zou komen, ze zouden toehappen. ‘Yeffrey was in Australië en ik was aan het werk op de markt op de Groeneplaats, toen ik hoorde van de nieuwbouw die daar zou komen. René Beentjes, collega-marktverkoper, liep ook al langer met het idee rond voor een vaste winkel op Texel. Het laatste kavel dat nog vrij was, was voor ons allebei eigenlijk veel te groot. Maar samen kwamen we tot de perfecte oplossing: we verdeelden het kavel en begonnen er allebei een eigen winkel.’

Nieuwe winkel

Dolblij belde Peter zijn plannen door naar Australië. ‘Yeffrey was direct laaiend enthousiast. Ik zei wel meteen: het wordt jouw winkel. Natuurlijk van ons samen, maar ik blijf op de achtergond.’ In april 2020 werd de nieuwe winkel aan de Groeneplaats geopend. Peter, José en Yeffrey vinden het heerlijk om als familie zo samen te werken. ‘En laten we ook onze dochter Yessica niet vergeten. Zij is ontwerpster van drukwerk en maakt voor ons eigenlijk alles voor het uiterlijk vertoon: logo, flyers, styling van de winkel… En ze springt altijd bij als het druk is. Het is superfijn om haar erbij te hebben. En wie weet is de volgende generatie vakslager al geboren’, lacht Peter. ‘Yessica’s zoontje Teun vindt het prachtig om mee te gaan naar de boerderij van Piet van der Star of Henk Zoetelief. En dan daarna in de slagerij een plakje worst halen.’


Familiebedrijven heb je overal. Maar op Texel zijn het er opvallend veel. In het nieuwe boek ‘Het blijft in de familie’ krijg je als lezer een inkijkje in 33 Texelse familiebedrijven.

Familiebedrijven heb je overal. Maar op Texel zijn het er opvallend veel. In het nieuwe boek ‘Het blijft in de familie’ krijg je als lezer een inkijkje in 33 Texelse familiebedrijven