‘Een uitsmijter? Wat is dat?’
Nog maar twintig jaar jong waren Jan en Jenny Stolk toen zij begonnen in het Torenpaviljoen bij de vuurtoren. ‘Een uitsmijter? Wat is dat?’, vroeg Jan zich af. Horecaervaring hadden ze nog niet in 1963. Dus ging hij naar De Lindeboom en bestelde daar een uitsmijter. ‘Zo, weer wat geleerd’, was zijn nuchtere reactie.
Na twee seizoenen Torenpaviljoen deden Jan en Jenny twee jaar ervaring op in het restaurant op het vliegveld. ‘Als er drie vliegtuigen op een dag landden, was dat veel. Het was zó’n andere tijd. We hebben twee seizoenen bij Het Witte Huis van Bil en Joke Visser gewerkt, twee echte horecatijgers. In 1968 waren we klaar voor onze eigen zaak.’ Jan en Jenny werden de uitbaters van het Havenrestaurant bij de boot.
Dokter Siebenga
Jenny, hoogzwanger, lag uit te rusten van de officiële opening van het nieuwe restaurant. Het was een drukke receptie geweest, die 22ste juni 1968. ‘En ineens riep ze: Bel dokter Siebinga, de baby komt eraan! Nou, dat klopte, want op 23 juni was ik er', vertelt dochter Jolanda. Lachend: ‘Ik ben de enige Texelaar die is geboren en getogen in het TESO-gebouw.’
Het Havenrestaurant was direct een groot succes. ‘We hadden giga wachttijden en zaten iedere dag vol’, vertelt Jan. ‘Als enige op Texel was ons restaurant ook ’s winters geopend. Daarnaast ben ik medeoprichter van de Vereniging van Texelse Producten Promotie (keurmerk Echt Texels Product; red). In Parijs kon je Texels lamsvlees krijgen, maar hier niet. Dat vond ik raar. In tegenstelling tot veel anderen hadden wij dus wél veel Texelse producten op het menu. Tot de laatste boot was vertrokken bleef het restaurant geopend. Er waren toentertijd maar twee kleine boten die heen en weer pendelden. Dat zorgde voor lange wachttijden. Men voer door tot alles weg was, soms wel tot twaalf uur ’s nachts. Al deze factoren bij elkaar zorgden voor ons succes, denk ik.’
Mooie tijd
Jan en Jenny hadden het ’s winters druk met het organiseren van feesten, zowel voor Texelaars als overkanters. Het vele cateringwerk groeide zelfs uit tot een reis- en evenementenbureau. ‘Voor bedrijven van de overkant organiseerden wij de gekste dingen. Soms zelfs voor groepen van wel zeshonderd man. Rond de jaren 80 was daar veel belangstelling voor.’ Jan schiet in de lach. ‘Een pensioenfonds uit Amsterdam wilde een onvergetelijk bedrijfsuitje. Ze vlogen met 44 vliegtuigen van Lelystad naar Texel. Lunchen op de barbequeplaats met slippies en paling. Juttertje erbij. Dat kenden ze niet in de stad. Wat een mooie tijd was dat.’
Het bedrijf werd uitgebreid. Rond 1980 kochten de Stolken Eetcafé De Parkstraat, inmiddels al jaren een begrip op Texel. Vlak daarna begonnen ze onder het oude gemeentehuis De Raadskelder, een gezellig grand-café. ‘In die tijd hadden we veel personeel. Met z’n allen waren we een grote familie. Jolanda hielp als jong meisje mee in de ijssalon op de haven. Het horecawerk is haar met de paplepel ingegoten’, vertelt Jan. Jolanda beaamt dat: ‘Net als mijn ouders kan ik niet stilzitten. Heel lang werkte ik overdag in De Parkstraat tot vijf uur en dan ging ik naar het Havenrestaurant om te helpen. Als iedereen z’n eten had ging ik terug naar de Parkstraat om af te sluiten. Volgens mij zit dat in de genen. Ik ben nooit gepusht door mijn ouders, ik ben er van jongs af aan ingerold.’
Noodlot
Maar het zat economisch niet altijd mee. Het gemeentehuis werd gesloopt, waarmee ook De Raadskelder ophield te bestaan. In dezelfde periode sloeg de crisis toe en kwam het evenementenbureau op een laag pitje. ‘Dat was wel jammer, we hebben daarmee zulke mooie dingen bereikt’, vertelt Jan, nog steeds met trots. ‘We hebben zelfs voor de Golden Earring, Herman Brood en Koningin Beatrix gewerkt.’ De familie liet zich echter niet uit het veld slaan en richtte alle aandacht op De Parkstraat en het Havenrestaurant. Tot in 2016 het noodlot toesloeg. De zaal aan de Parkstraat brandde uit. ‘Dan weet je even niet wat je meemaakt’, zegt Jolanda.
Er volgde een moeilijke tijd. ‘De ochtend na de brand was ik compleet van slag. Net zoals veel trouwe gasten die hier al jaren komen. Er komt hier van alles, niet alleen om te eten of te drinken, maar ook voor de huiselijke sfeer. Regelmatig wil iemand z’n verhaal kwijt.’ Jan vult aan: ‘En voor de kwaliteit. Nooit, echt nooit, doen we concessies aan kwaliteit. Gewoon op tijd je vet verversen is al een belangrijke stap.’
Genieten
Na de brand heeft De Parkstraat een tijdje kunnen overbruggen met een verkoopkar op de Groeneplaats. Na twee jaar hard werken ging de échte Parkstraat weer open. Jolanda: ‘Eindelijk weer mijn gezellige bar, waar lief en leed wordt gedeeld.’ Er is haast geen Texelaar die er nooit komt. De een haalt er laat op de avond een kratje bier, de ander komt elke zondag voor een raspatatje mayo. Het Havenrestaurant werd in 2019, na vijftig jaar, verkocht aan TESO. ‘Mijn ouders hebben altijd zo hard gewerkt, nu moeten ze lekker gaan genieten.’ Jan: ‘Maar achter de schermen staan Jenny en ik nog altijd klaar om bij te springen.’