‘Wat dachten jullie van een hotel?’
Wat begon met een losse opmerking, groeide uit tot een serieus idee: zullen we met z’n vieren een eigen bedrijf starten? Maria en Joost van der Spek (allebei 68) en zoons Ansgar (41) en Joram (38), werden er net na de millenniumwisseling steeds enthousiaster over. Dochter Fija, tweelingzus van Joram, woonde destijds in Amsterdam en had niks met de plannen.
Ansgar: ‘We waren alle vier wel toe aan een nieuwe uitdaging. Ik werkte als stuurman in de binnenvaart en had het daar wel gezien. Mijn vader was nachthoofd verpleging in het ziekenhuis en mijn moeder had een natuurgeneeskundepraktijk. Beiden wilden ook wel wat anders.’ Joram volgde de koksopleiding en was leerling in de keuken van Bij Jef. Hij had het naar zijn zin, maar koos uiteindelijk toch voor het familieavontuur. Wat het eigen bedrijf zou moeten worden, lag volledig open. ‘We hebben van alles bekeken. Uiteindelijk zei Maria: Wat dachten jullie van een hotel? Zo kwamen we in 2001 bij Hotel Tatenhove in De Koog terecht en namen het over van de familie Schuijl.’
Inmiddels draait de familie het twintigste seizoen. Joram: ‘De eerste jaren wilden we niet direct het roer omgooien. Het hotel had veel vaste gasten en die wil je natuurlijk niet kwijt. Bovendien zag alles er netjes uit.’ De vooraf bedachte verdeling, de jongens in de keuken en Maria en Joost ‘voor’, pakte anders uit. Ansgar: ‘Al snel bleek dat het veel handiger was dat ik de administratie deed. Joost wilde graag meer buiten aan het werk en Maria stuurde het personeel aan. Joram kon z’n zijn ei kwijt in de keuken. Hij wilde wel graag af van de vaste dagmenu’s. De kwaliteit daarvan was goed, maar heel spannend was het allemaal niet.’ Joram vult aan: ‘Ik moest heel erg wennen aan deze manier van koken. Dat is heel anders werken dan ik bij Jef gewend was. We zijn toen overgestapt op een dagelijks wisselend verrassingsmenu met verse producten. Dat werkt nog altijd prima en onze gasten zijn er enthousiast over. We maken alles zelf.’
Hotelletje spelen
Nu ze terugkijken op de beginperiode, was het voor Joram, toen 19, en Ansgar, destijds 22, meer ‘hotelletje spelen’. ‘We moesten alles ontdekken en zelf uitvogelen. We werden door sommigen best sceptisch bekeken. Dat verdween toen we voor het eerst meededen aan Texel Culinair. Toen zagen ze dat we alles grondig aanpakten en hoge ogen gooiden. Van de vier keer dat we aan Texel Culinair deelnamen, werden we drie keer tweede en wonnen we één keer.’
In 2010 volgde de eerste grote verbouwing: er werd een nieuwe vleugel aan het hotel gebouwd, met ruimte voor grotere kamers die beter aansloten bij de eisen van de tijd. De badkamers werden gerenoveerd, in 2017 werd de lounge vernieuwd en in 2019 het restaurant. Ook in de omgeving van het hotel werd geïnvesteerd. ‘Samen met het hoogheemraadschap, dat een waterberging nodig had, is een enorme vijver aangelegd. Die waterpartij is echt een aanwinst. Het oogt niet alleen mooi, maar het barst er van de vis!’
Aanpakkers
Vanaf 2018 runnen Joram en Ansgar het hotel samen. ‘Joost en Maria zijn de laatste jaren minder gaan werken. Joost doet nog steeds de tuin en zorgt voor de geiten en vogels. Dat vindt hij prachtig.’ Grinnikend: ‘We hebben hier in de loop der jaren allerlei dieren gehad; schapen, pony’s, ezels, uilen en zelfs eekhoorns. Het kon Joost niet gek genoeg, maar dat is nu vooral bij ze thuis. Maria komt af en toe nog langs. Even een praatje maken met vaste gasten.’ De broers zitten naar eigen zeggen meestal op één lijn. Belangrijke beslissingen nemen ze samen. ‘We hebben een goed team met een harde kern van zo’n vijftien medewerkers waarop we kunnen bouwen. En we zijn zelf ook niet te beroerd om in te vallen als dat ergens nodig is. Kamers schoonmaken doen we net zo makkelijk. Het is ook goed om feeling te houden met de werkvloer.’
Eind 2020 zetten ze de volgende grote stap: de herbouw van de vleugel naast het parkeerterrein. Ansgar: ‘In de jaren dertig werden voor het eerst kamers verhuurd in dit pand. Sindsdien is er veel aan het gebouw geknutseld en verbouwd. Op een bepaald moment bereik je daarin een grens. Bij oostenwind bevroren ’s winters zelfs de leidingen. Het was voor ons: of slopen en nieuw bouwen of een bord te koop in de tuin.’ Al in 2016 werden de eerste nieuwbouwplannen gemaakt. Een deel van de kamers in de oude vleugel waren slechts zestien vierkante meter groot. ‘Niet meer van deze tijd’, vindt Ansgar. De nieuwbouw biedt straks ruimte aan net zoveel kamers, maar dan van zo’n dertig vierkante meter. ‘We gaan de hoogte in en daardoor creëren we veel extra ruimte. Er komt ook een lift, die misten we nog. Groot voordeel is verder dat we de keuken kunnen verplaatsen naar een plek aansluitend op het restaurant. Doordat er vroeger veel verbouwd is, zit de keuken nu op een onhandige plek en moet je er door de gang naartoe. Dat is straks puur beter. Het is nu echt behelpen met vier gaspitten. Straks hebben we er zestien!’, glundert Joram.
Persoonlijk contact
Nog steeds zijn Joram en Ansgar bijna dagelijks in het hotel aanwezig. ‘We wonen er allebei naast en Ansgar moet zelfs door het hotel naar zijn huis. En de telefoon staat naar hem doorgeschakeld’, aldus Joram. ‘Er is altijd wel wat te doen en we hebben veel vaste gasten die ook graag een praatje met ons maken. Het is leuk om te zien dat we naast de steeds ouder wordende vaste gasten ook meer jonge stellen en gezinnen krijgen. Ons gastenbestand verjongt en veroudert tegelijkertijd. We hebben veel nagedacht over onze doelgroep en zijn tot de conclusie gekomen dat we een hotel voor iedereen willen zijn. Dat lukt aardig.’ Na twintig jaar hotellerie zijn de broers het nog lang niet zat. ‘We hebben er nog veel lol in, anders zouden we ook niet aan zo’n dure, ingrijpende verbouwing beginnen.’ Of er een volgende generatie Van der Spek in het hotel komt, valt nog te bezien. ‘Mijn jongste dochter Moa van tien roept dat ze directeur wil worden van het hotel’, lacht Joram. ‘Maar ach, we zien wel hoe het gaat lopen.’